Hyperventilatie betekent letterlijk: te veel ademen. Het is een lichamelijke reactie op stress of op een stressvolle situatie waarbij je te snel of te diep gaat ademen. Hierdoor adem je meer zuurstof in dan je lichaam nodig heeft. Door de verhoogde opname van zuurstof, daalt de hoeveelheid CO2 in het bloed. Er ontstaat een disbalans tussen beide gassen, waardoor de pH-waarde van het bloed stijgt. Hierop zal het lichaam reageren door te hyperventileren.
Hyperventilatie komt vooral voor als chronische aandoening. In slechts 10% van de gevallen is er sprake van een acute aanval. Beide vormen zijn echter ongevaarlijk en niet levensbedreigend, hoewel de acute vorm vaak het tegenovergestelde doet vermoeden.
Bij de acute vorm ga je zodanig diep en snel ademen dat je het gevoel krijgt niet goed meer te kunnen ademen. Het voelt beangstigend en beklemmend aan. Je hebt het gevoel dat er iets ernstigs aan de hand is en je geraakt in paniek. In sommige gevallen verlies je het gevoel met de werkelijkheid en beland je op de spoedafdeling van het ziekenhuis.
Toch is een aanval van hyperventilatie niet gevaarlijk, het is van voorbijgaande aard. Een aanval duurt in normale omstandigheden een kwartier en trekt nadien weg. Het brengt geen blijvende schade toe aan jouw lichaam.
De meest voorkomende klachten zijn:
De chronische hyperventilatie (ook wel de sluimerende genoemd) kan uren tot dagen aanwezig zijn zonder dat je je daarvan bewust bent. Deze ‘aanval’ is minder spectaculair dan de acute en dus ook minder goed te herkennen.
De symptomen die kunnen optreden bij chronische hyperventilatie, zijn zeer uiteenlopend en kunnen op vele domeinen voorkomen maar ze treden (gelukkig) niet allemaal tegelijkertijd op. Hierdoor is het echter vaak moeilijk om een juiste diagnose te stellen. De symptomen kunnen immers een andere aandoening doen vermoeden.
Lichamelijke klachten:
Op lichamelijk niveau kunnen de klachten zich op volgende vlakken manifesteren:
Mentale & emotionele klachten:
Ook op mentaal vlak kunnen er zich symptomen voordoen:
Heel vaak liggen stress en overspanning aan de basis van zowel de acute als de chronische vorm van hyperventilatie. Stress en overspanning zorgen er namelijk voor dat er een verhoogde spanning komt in het lichaam, in het bijzonder rond de thorax (romp), nek en schouders. Door die verhoogde spanning verandert de houding, die mee je ademhaling beïnvloedt. De borstademhaling neemt toe waardoor je oppervlakkiger gaat ademen. Dit verkeerd ademhalingspatroon zorgt ervoor dat de hoeveelheid CO2 in het bloed gaat dalen en er een waterval van klachten ontstaat.
Wie eenmaal een aanval van hyperventilatie heeft gehad, heeft vaak schrik om dit nog eens mee te maken. Door deze angst en de daarbij behorende spanningen, neemt de kans op herhaling echter alleen maar toe. Als een aanval steeds in dezelfde omstandigheden plaatsvindt, kan dit leiden tot een angststoornis (fobie), waarbij je angstvallig een aantal plaatsen of situaties tracht te vermijden. Voorbeelden hiervan zijn agorafobie, angst om onder de mensen te komen, en claustrofobie, angst in kleine ruimtes.
Hoewel hyperventilatie op zich niet levensbedreigend is, is het wel aangewezen om een aanval onder controle te krijgen of te voorkomen. Zowel bij een acute als bij een chronische aanval bestaat de kunst er vooral in om letterlijk en figuurlijk weer op adem te komen.
Om een acute aanval onder controle te krijgen, volstaat het om gewoonweg rustiger te ademen. Helaas gaat een acute aanval vaak gepaard met paniek waardoor rustig ademen niet zo evident lijkt. Daarom is het belangrijk om in eerste instantie niet te veel aandacht te vestigen op de ademhaling zelf.
Deze quickfixes kunnen je hierbij helpen:
Om een chronische aanval onder controle te krijgen is een langere begeleiding nodig.
Hierbij gaan we aandacht schenken aan: